Bomen rooien
Het rooien van bomen betekent dat naast het verwijderen van de boom ook de boomstobbe weggehaald wordt. Een stobbe kunnen wij met een stobbefrees uitfrezen tot ca 25-30 cm onder maaiveld. Bij het kappen van bomen komen vaak veel takken vrij. De boom kan meestal helemaal versnipperd en afgevoerd worden. Of wij verzagen de boom ze tot handzaam formaat zodat u deze zelf kunt afvoeren. Als u het haardhout wild hebben zagen we dit voor u in blokken.
Boom omzagen?
Het omzagen of juist laten staan van bomen levert nogal eens felle discussies op. Buren willen de boom weg om meer zonlicht in de tuin te krijgen. Of buren willen juist dat de boom blijft staan omdat het een lelijke muur camoufleert. Er zijn talloze afleveringen van de rijdende rechter gevuld met vraagstukken over Bomen met Buren.
Ons standpunt is dat het weghalen van een boom niet erg is…. mits het besluit met de juiste kennis genomen is. Als boomverzorgers houden wij op de eerste plaats van levende bomen. Het is een levend organisme dat vele malen ouder kan worden dan wijzelf. Hierna vijf argumenten om te overwegen alvorens een boom om te zagen.
1. Hoe oud is de boom?
Een eik kan in Nederland rustig 300 jaar oud worden, een beuk 200 jaar. Bij Arnhem staan machtige oude kastanjes van maarliefst 150 jaar oud! Dan denk je wel twee keer na voordat je de zaag in een gezonde boom zet, ook oude bomen waren ooit jong.
Hoe ouder de boom is, hoe minder snel wij bereidt zijn de boom te kappen. Maar wij zijn ook realistisch: aan alles komt een eind, dus ook aan het leven van een monumentale boom. Vaak zien we dat oude bomen in een monumentale fase terechtkomen waarna ze langzaamaan steeds meer gebreken krijgen. Als na een lange periode van verval de boom écht niet meer veilig is dan halen wij de monumentale boom weg.
Anders ligt dit voor ons bij jonge tuinbomen. Als u na 30 jaar genoeg heeft van een berk in de tuin, of een wilgentak die uitgegroeid is tot een woudreus. Geen probleem. Wij begrijpen ook dat u meer licht in de tuin wilt hebben.
2. Welke boomsoort is het?
Binnen alle boomsoorten maken wij onderscheidt in pioniersoorten (zoals wilg, populier en berk) en meer duurzame soorten (zoals eik beuk, linde) of bijzondere fruitbomen (hoogstammen, appel, peer en walnotenboom). De exoten behandelen wij als speciale categorie.
Aan geen enkele boom kan zondermeer een eindleeftijd verbonden worden. Feit is wel dat bijvoorbeeld wilgen en berken meestal niet ouder worden dan 70 jaar, terwijl een eik, beuk of linde rustig honderden jaren oud wordt. Daarom kijken wij naar de boomsoort in hoeverre het gerechtvaardigd is de boom te kappen.
Fruitbomen van speciale kwaliteit daar zijn wij zuinig op. Meestal zijn dit bomen met een verhaal, die niet te groot worden en goed binnen hun groeiplaats passen.
Over de meeste exoten doen wij niet moeilijk om ze te kappen. Bijvoorbeeld Coniferen of Prunussen. De sier- en ecologische waarde is nihil.
3. Is de boom gezond?
De gezondheid van de boom is wat ons betreft de belangrijkste factor om te beslissen of een boom gekapt moet worden. Als de gezondheid van een boom zover achteruit gaat dat de veiligheid in het geding komt, is het voor ons geen discussie of een boom gekapt moet worden. Alleen een goede boomspecialist kan bepalen of er sprake is van ernstige gebreken of van kleine ongemakken. In en om een boom leven talloze organismen. Ze vreten, schijten en knagen de hele dag door maar vormen geen bedreiging voor de gezondheid van de boom. Soms zijn de gebreken niet zichtbaar maar wel ernstig. Een beschadigd wortelgestel, grote holtes of verwoestende paddenstoelen. Als de som van aantastingen zo groot wordt dat de boom gevaarlijk wordt voor de omgeveing: dan kappen wij deze.
3. Wat is de kwaliteit van de groeiplaats?
De meeste mensen kijken vooral naar boven als het over bomen gaat: de bovengrondse groeiplaats. Maar wat onder de grond zit is minstens zo groot en belangrijk: de ondergrondse groeiplaats. Dat samen maakt de totale groeiplaats van de boom en bepaald de mogelijkheden voor de toekomst.
Tuinen zijn meestal goede groeiplaatsen voor bomen omdat daar voldoende doorwortelbare ruimte is en genoeg voeding en water. Het zijn vaak juist de gemeentebomen die opgesloten zitten tussen straatwerk.
Bij bomen in tuinen zien we juist dat de belangen boven de grond niet altijd samenvallen: bomen die veel te dicht bij het huis staan, bomen op de erfgrens, bomen waarvan beloofd was dat ze niet “te hoog” zouden worden. Soms is het gewoon niet realistisch en is de groeiplaats niet (meer) geschikt. Dan verwijderen wij zonder probleem de bomen.